purper 36
jaargang 6 2015
06

Door Hanneke Sizoo

INTERN OPVANG TEAM
VOOR HULP BIJ ERNSTIGE INCIDENTEN

Angstig, moe en boos

De acht hulpverleners van het IOT zijn onlangs geïnstalleerd door de Raad van Bestuur. Personeelsbegeleider Wim Blaak verzorgde de training van dit team en weet uit de praktijk hoe belangrijk het is een incident goed te verwerken. ‘Wanneer dat niet goed lukt, blijven effecten merkbaar en blijft je vermogen om met spanningen om te gaan aangetast. Je ontwikkelt dan mogelijk andere mechanismen, om er toch mee uit de voeten te kunnen.’


Doorverwijzen

De leidinggevende is de spin in het web, vertelt Wim. ‘Hij of zij zorgt voor de luwte. En dat er mensen zijn om zich met jou te bemoeien. Vertrouwde mensen, die jouw ‘taal’ spreken. De leidinggevende houdt na het incident de vinger aan de pols als het om nazorg gaat. Medewerkers die niet of te weinig zijn opgevangen kunnen schrikachtig zijn, zich angstig voelen, moe, boos of prikkelbaar zijn, of weerstand voelen tegen patiënten. Deze verschijnselen kunnen zich ook pas in tweede instantie voordoen na een aanvankelijk schijnbaar vlot herstel. Het IOT kan benaderd worden als aanvulling op de opvang, maar alleen als de noodzaak er is.’


Te maken krijgen met heftige gebeurtenissen kan erg schokkend zijn, maar niet iedereen heeft dan specifieke begeleiding nodig. Het hangt van de persoon af, het totaal van de omstandigheden voor die persoon op dat moment èn de specifieke gebeurtenis. Wim: ‘De meeste mensen verwerken een incident door veel te praten met hun omgeving. Slechts een klein percentage heeft meer nodig. Maar in een grote instelling als Pro Persona is ook een klein percentage nog een substantieel aantal mensen en maakt het veel uit, voor zowel betrokkenen als voor de omgeving, of je dat als instelling goed geregeld hebt. Als IOT-er moet je weten wat je wel en niet kunt bieden en wanneer je doorverwijst naar een ander soort hulpverlener. Een incident kan zo’n impact hebben dat je nog iemand anders nodig hebt om het te verwerken. Het IOT helpt bijvoorbeeld niet tegen PTSS. Daar is een andere vorm van hulp voor nodig. Verwijzen is dan de juiste stap.’


Doorbreken van cirkelredenering

Als methode wordt het drie gesprekken model gebruikt, verspreid over de weken na het incident. Dit model wordt op verschillende plekken naar tevredenheid toegepast. Het IOT kan ook opvang bieden aan groepen, meestal teams. In ieder geval diegenen die bij het verloop van het incident direct of op afstand betrokken waren. ‘Vaak wordt dan de Incident Verwerkingsbijeenkomst georganiseerd, zoals we dat bij de Pompestichting gewend zijn te doen,’ zegt Wim. ‘Deze methodiek geeft houvast. De chronologie van de gebeurtenissen wordt doorgesproken, iedereen komt aan bod. Wanneer er overzicht ontstaat over hoe het incident tot stand is gekomen, ontstaat er rust. De werkelijkheid wordt verhelderd, het doorbreekt de cirkelredeneringen. Steeds opkomende vragen worden beantwoord en kunnen gaan ‘liggen’.’


Verdere ontwikkeling

Wim: ‘De inspanningen van een IOT-er kunnen helpen in het bespoedigen van herstel. Door er voor 100% te zijn voor degene die dat nodig heeft. Hòe je dat doet, bepaalt de kwaliteit. Dat is de grootste werkzame kracht. De IOT-er moet in staat zijn te begrijpen dat dingen door elkaar kunnen lopen. Het meemaken van incidenten raakt vaak andere onderwerpen aan. De IOT-er heeft de kwaliteit om te luisteren, helpt om chaotische gevoelens te rubriceren, daarin de juiste proportie te vinden en te adviseren over wat de medewerker zelf kan doen. Dit moet gebeuren in een sfeer van vertrouwen en veiligheid, met ruimte om uiting te geven aan wat hem of haar bezighoudt. Ingewikkeld, omdat je uit je evenwicht kan zijn. Dat hoort bij verwerking van incidenten, het is ‘normaal’ en herstel is op een grotendeels natuurlijke manier te verwachten. Maar als je er middenin zit, dan heb je - ook al weet je als hulpverlener genoeg over dit soort processen - daar toch niet makkelijk vertrouwen in. Dit vraagt wat van de integriteit en houding van de IOT-er. Dat werd door de cursisten goed begrepen.’

‘Ik heb deze cursus met veel plezier gegeven,’ zegt Wim. ‘Daarbij heb ik samengewerkt met een acteur die gedrag liet zien dat zeer dicht op de praktijk aansloot en veel leermateriaal opleverde.’


















Binnen Pro Persona gebeuren soms ernstige incidenten, waarbij de eerste opvang van betrokkenen door de eigen afdeling gebeurt. Is er meer nodig, dan kan de hulp van het Intern Opvang Team (IOT) uitkomst bieden.


Geschiedenis

Zolang de Pompestichting bestaat werken er personeelsbegeleiders. Speciaal aangesteld om onder andere medewerkers en teams adequaat op te vangen bij incidenten en nazorg te verlenen. De personeelsbegeleiders geven supervisie en coaching en begeleiden nieuwe medewerkers.

Na de fusie met GGz Nijmegen en later De Gelderse Roos werden de personeelsbegeleiders steeds vaker ingezet binnen andere locaties van Pro Persona. Vanwege bezuinigingen is daar een einde aan gekomen. Zodat de personeels-begeleiders nu alleen weer werkzaam zijn voor de Pompestichting. Het Intern Opvang Team biedt een alternatief voor heel Pro Persona. De acht geselecteerde collega’s zijn geschoold door Wim Blaak, een van de personeels- begeleiders van de Pompestichting.


vlnr. Corine Brouwer (clustermanager Veluwe Vallei), Astrid Bransen (clustermanager Rivierenland), Taco Bos (geestelijk verzorger MCZW), Sara Hecht (gezondheidszorg psycholoog RCG Arnhem), Stefien Jansen (geestelijk verzorger MCZN ), Miriam van den Berg (gezondheidszorgpsycholoog/teamleider Rivierenland), Bert van Oosterwijk (verpleegkundige Braamberg, ANW-hoofd), Inge Janssen (senior verpleegkundige MMK Nijmegen).

Wim Blaak
Sluitenvorige pagina'svolgende pagina's
Sluiten

Reactie

Stuur een reactie naar de redactie
Sluiten