purper 29
jaargang 5 2014
07
DE
WEERBARSTIGE
PRAKTIJK
Op de goede manier omgaan met familie, het is lastig. Hoe komt dat toch? ‘Accepteer dat het complex is,’ zegt Juditih van Nimwegen.
Door Hanneke Sizoo
We hebben familiebeleid, we hebben de Triadekaart en we hebben aandachtsfunctionarissen. En toch is het lastig om het naar familie toe goed te doen. Hoe komt dat toch? Judith van Nimwegen, ondersteuner Familiebeleid Pro Persona, geeft een verklaring.

Meervoudig partijdig
We kunnen vooruitgang boeken als we ten volle accepteren dat het vaak complex is. In feite moet je meervoudig partijdig zijn. Ieders positie respecteren en serieus nemen. Want iedereen wil dat het beter gaat met de cliënt. En zelfs als alles naadloos geregeld is, blijft het complex. Het zal nooit in alle gevallen vanzelf gaan.

Cultuurkwestie
Sinds 2011/2012 zijn we landelijk gezien zo ver dat er heldere criteria zijn: zo gaan we om met naasten. Er zijn voldoende meetinstrumenten en tools om het te gaan doen. En toch blijkt: het is een cultuurkwestie. Je moet durven en kunnen werken met familie.

Geconditioneerd
Wij zijn opgeleid in een andere traditie. Hulpverleners zijn regelmatig wantrouwend naar familie. In Nederland zijn we streng als het gaat om privacy en autonomie van de cliënt. Daar zijn hulpverleners op geconditioneerd. We zijn daar met zijn allen een beetje in doorgeschoten. De wens van de cliënt dient gerespecteerd te worden, maar zelfs als de cliënt helemaal niet wil dat familie wordt betrokken, heeft familie nog altijd recht op algemene informatie en op een respectvolle en zorgvuldige bejegening.

Handelingsverlegen
In 2014 weet iedereen: Doe je best om familie te bereiken en te informeren waar dat kan. Maar er is wel handelingsverlegenheid bij sommige hulpverleners. En dat is ook niet raar gezien bovenstaande achtergrond.
Hun eerste verantwoordelijkheid is de vertrouwensrelatie met de cliënt. Wat precies wel kan en mag in relatie met naasten, daar zijn hulpverleners soms onzeker over.

Proactief
Er is vaak een verschil in beleving tussen hulpverlener en familie, als het gaat om informatievoorziening. De hulpverlener denkt: er is een folder, dat is voldoende. Maar de familie hoort de folder aangereikt te krijgen. Proactief. Hulpverleners hebben vaak onvoldoende door hoe groot de stress is bij familie. En iemand met stress is niet assertief. Dus je moet de informatie echt aanreiken. Daar is de nodige winst te boeken.

Respectvol
In welke mate je familie betrekt, hangt af van de problematiek of methode van werken. Dat kan dus heel verschillend zijn. Wat wel altijd kan: respectvol bejegenen. Heel goed en netjes uitleggen waarom dingen niet kunnen. Dat gebeurt onvoldoende. En dan is er soms ineens vijandigheid. Die voorkomen had kunnen worden.

Attitudeverandering
Als het gaat om betrekken van familie is GGZ Noord Holland Noord een voorloper. En toch zie je na twaalf jaar ook bij hen nog geen complete cultuurverandering. Dat duurt echt heel lang. Geen reden om af te wachten of niets te doen. Ondertussen gaan we aan de slag. Met de Triadekaart. Die methode zorgt voor een attitudeverandering. Bekend maakt bemind, je kunt er op wachten. De ervaringen zijn zeer positief.
Mijn advies: Je kunt eindeloos overleggen en dikke rapporten lezen, maar ga het gewoon doen. En, accepteer dat het complex is.
De Triadekaart is een checklist aan de hand waarvan familie, cliënt en hulpverlener met elkaar in gesprek gaan. Klik hier om naar het artikel over de Triadekaart te gaan.’
Sluitenvorige pagina'svolgende pagina's
Sluiten

Reactie

Stuur een reactie naar de redactie
Sluiten